Menu Sluit menu

Fase 0: Overweeg

Fase 0: Overweeg

Voordat je aan citizen science begint, is het goed om na te gaan of deze aanpak past bij jouw probleemstelling.

Fietser zet fietshelm op met oversteekplaats aan een school op de achtergrond.

Foto: An Van Gijsegem

Stap 1: Bepaal jouw probleemstelling

De allereerste stap is het formuleren van een probleemstelling: wat wil je onderzoeken? Een probleemstelling beschrijft een uitdaging of een vraagstuk dat je wil oplossen en vormt de basis van jouw project. Als deze niet goed is geformuleerd, kan dit voor problemen zorgen bij het verdere verloop van het project. Zorg ervoor dat jouw probleemstelling niet te nauw of te breed gedefinieerd is en binnen een bepaald tijdsbestek beantwoord kan worden.
 
Met behulp van onderstaande vragen kan je jouw probleemstelling bepalen:
•    Is jouw probleemstelling gelinkt aan een beleidsvraagstuk?
•    Is jouw probleemstelling gelinkt aan een bezorgdheid van burgers? 
•    Hoeveel gegevens heb je nodig om een antwoord te vinden? 
•    Hoe kunnen deelnemers bijdragen aan het project?
•    Wat is de geografische schaal van de probleemstelling?
•    Zijn er reeds gelijkaardige projecten?

Een probleemstelling kan ook geformuleerd worden door een citizenscience-initiatief. Citizenscience-initiatieven ontstaan vaak vanuit een bezorgdheid die leeft in de samenleving. Afhankelijk van de rol van het bestuur kan je ervoor kiezen om deze probleemstelling samen te bepalen.

We raden je aan om de geformuleerde probleemstelling voor te leggen bij de verantwoordelijke voor citizen science en om dit intern af te toetsen (zie hoofdstuk 3). Is er een draagvlak intern bij het lokale bestuur om de probleemstelling uit te werken? Welke departementen moet je verder betrekken bij de uitwerking?

Verkeersoverlast - een probleemstelling: 

Er is verkeersoverlast gesignaleerd door burgers in een bepaalde wijk in jouw gemeente. 
Een mogelijke probleemstelling hier is om inzichten te verzamelen over de mate van overlast door het aantal en type voertuigen dat doorheen de wijk circuleert te monitoren in samenwerking met burgers. Op deze manier kan je vaststellen of er daadwerkelijk sprake is van overlast. Een tweede probleemstelling kan zijn hoe je dit kan oplossen. 
 

Lijst met vragen over citizen science.

Stap 2: Past citizen science als methode?

In een volgende stap ga je na of een citizenscience-aanpak past bij jouw probleemstelling. Het kan zijn dat citizen science helemaal niet past bij jouw probleemstelling en dat andere manieren van dataverzameling (zoals databases of vragenlijsten) of participatieve methodes (zoals burgerpanels of praatcafés) betere resultaten kunnen opleveren. Er zijn een aantal vuistregels die je kunnen helpen bij het maken van deze keuze.
 
In de eerste plaats kies je voor een citizen-scienceproject als je onderzoek en participatie wil ondersteunen. Een krachtige manier om dit te bereiken is door burgers een actieve rol te laten spelen. Initiatieven kunnen zelf opgezet worden door burgers of een burgervereniging, of je laat burgers actief deelnemen aan jouw project. Een actieve manier van deelname, bijvoorbeeld het verzamelen van ideeën of gegevens, zal de betrokkenheid bij een bepaald thema ten goede komen. Het uitbouwen van een fijnmazig netwerk van sensoren met behulp van burgers kan ook. Zorg er dan wel voor dat burgers niet enkel een sensor plaatsen, maar ook actief worden betrokken in het gehele proces, zodat ze ook weten waarom je dit doet. Op deze manier fungeert citizen science als een participatieve methode om burgers te engageren. 

Een tweede belangrijke vuistregel is de complexiteit van het dataprotocol. Een dataprotocol is de manier waarop de deelnemers worden gevraagd om gegevens te verzamelen. Hoeveel tijd neemt het voor een deelnemer in beslag om gegevens te verzamelen? Is er opleiding nodig? Hoe eenvoudiger het is om deel te nemen, hoe beter een citizenscience-aanpak zal passen. Onderzoek toont aan dat gebruiksvriendelijke dataprotocollen die toegepast werden bij een grote groep van deelnemers, meer gebruikt worden voor beleidsvoering. Hoe meer data er dus verzameld wordt op een eenvoudige manier, hoe meer het ten goede komt voor zowel het bestuur als de deelnemers.
 
Bijkomstig zijn er nog enkele andere vragen die je kunnen helpen bij jouw keuze om al dan niet in te zetten op citizen science (Pocock, et al., 2014). Met behulp van deze vragen en tips kan je als lokaal bestuur ook advies geven aan burgers of burgerverenigingen om al dan niet citizen science als aanpak te kiezen voor de geformuleerde probleemstelling. Antwoorden aan de rechterkant van het spectrum typeren een citizenscience-aanpak:

Tip:
Volgende publicatie kan je verder helpen bij het overwegen van citizen science als methode voor je projectidee. Er is ook een beslissingsboom in opgenomen.

Ga naar de volgende fase

page-square2--black Created with Sketch.